‘We teach the future’

Dinsdag 2 augustus 2022

Montessorischool van Lith wordt steeds duurzamer en inspireert andere scholen om hetzelfde te doen. De visie en wijze van uitdragen past bij SDG 4.7 dat stelt dat alle leerlingen kennis en vaardigheden verwerven die nodig zijn om duurzame ontwikkeling te bevorderen. ‘Begin klein,’ is daarbij het advies.

Balans is weg
Linialen die door midden werden gebroken, gummetjes die verknipt werden en kinderen die daar onverschillig onder waren, want: ‘We kopen wel een nieuwe.’  Het was leerkracht Tessa Hoogeland een doorn in het oog. Dus toen zij tijdens haar Montessori-opleiding de opdracht kreeg om onderzoek te doen naar iets op school waar ze ontevreden over was, wist ze het wel. Ze verdiepte zich in duurzaamheid en de visie van Maria Montessori over zorgdragen voor de omgeving en deelde haar kennis met de klas. Het werd de start van een reis naar een steeds duurzamere school.

‘Dat alles vervangbaar is, zoals de linialen en gummetjes, zit ingebakken in ons systeem,’ vertelt Tessa. ‘Onze samenleving is helaas zo ingericht.’ Ze deed onderzoek naar dit gegeven en kwam er al gauw achter dat de balans in onze wereld weg is. ‘We nemen te veel van de aarde en geven te weinig terug. Het staat haaks op de ideeën van Maria Montessori die stelt dat kinderen verantwoordelijkheid moeten leren dragen voor balans in het universum.’

Groen in de klas
Tessa nam haar klas mee in haar eigen onderzoek. Ze vertelde de kinderen over wat ze allemaal te weten was gekomen. ‘De kinderen raakten het meest geïntrigeerd van het feit dat bomen en planten het tegenovergestelde doen van mensen: bomen zetten CO2 om naar zuurstof.’ Toen ze daar over hoorden, kwamen ze direct in actie. Ze deden onderzoek naar welke planten de lucht het meest zuiverden. En daar moesten er meer van in de klas komen.

Wie nu de klas van juf Tessa binnenstapt komt in een groene oase terecht: over hangen planten, staan stekjes op kasten en staan potten met planten in de vensterbanken.  ‘Elk kind nam in de onderbouw al een plantje mee waar het voor zorgde, maar nu is het groen flink uitgebreid.’

Omdat de bovenbouw zo enthousiast bezig ging met duurzaamheid, kwam er al gauw een schoolbreed project. ‘Met een afvalactie haalden de kinderen 42 kilo zwerfafval op,’ vertelt Madelon Jansen, directeur van de school.

Verjaardagen
Ook in de dagelijkse schoolpraktijk onderzochten de kinderen wat duurzamer kon. De kinderen bedachten dat ze de surprises voor het Sinterklaasfeest konden maker van materialen die kinderen al in huis hadden. En de cadeaus? ‘Die waren tweedehands. Of kinderen gaven een activiteit,’ vertelt Tessa. ‘Een jongen uit groep 8 had een meisje in groep 6 een spelletjesmiddag cadeau gedaan. Dat vond ik geweldig.’

Het bewustzijn van de kinderen bleef groeien. Na de Sinterklaasveranderingen wilden een aantal kinderen uit de bovenbouw ook de verjaardagen anders vieren. Ze mochten een presentatie voor de directeur houden. Madelon: ‘De kinderen hadden eens gerekend. Elk jaar kost het vieren van de verjaardag 25 keer een kwartier. Dat is zes uur. Een hele schooldag. Wat als we nou de verjaardagen niet vieren en in plaats daarvan één keer per jaar met de klas een uitje hebben? Dan zijn er geen 25 traktaties nodig. Ik vond het een goed idee. Het idee kreeg in een paar andere klassen navolging.’ En op de dag dat kinderen jarig zijn, is er wel extra aandacht voor ze. ‘Er staat een verjaardagsplant op de tafel van de jarige en het kind mag een extra activiteit kiezen.’

Of ouders wel eens weerstand hebben tegen de veranderingen? ‘Oh nee,’zegt Madelon beslist, ‘ maar we nemen leerlingen en ouders mee in het proces. De leerlingen dragen ideeën aan of worden gevoed door de kennis van de leerkracht of de mensen om hen heen. We leggen veranderingen niet op, dat gaat meer natuurlijk.’

Klein beginnen
Tessa en Madelon hopen dat de olievlek die zij begonnen zijn steeds groter wordt. Op school, maar ook bij andere Deventer scholen. Tessa heeft al diverse presentaties gegeven op andere scholen. ‘En de kinderen hebben hun ideeën voor een groener Deventer onlangs aan de burgemeester mogen presenteren.’

Madelon raadt andere scholen aan om, net als zij, klein te beginnen. ‘Het begon bij ons met één leerkracht en één project. En langzaam gaat de hele school mee.’ Tessa vult aan: ‘En een school heeft een betrokken directeur nodig. Die ruimte geeft aan projecten en leerkrachten. En die begrijpt dat als je iets aan je onderwijsaanbod toevoegt, er ergens anders ook iets af moet.’  

Madelon: ‘Inmiddels zijn we zo ver dat we in ons onderwijsprogramma de junior global goals hebben opgenomen en toekomstkunde aanbieden. Maar daarvoor hebben we wel enkele onderdelen uit het geschiedenisprogramma geschrapt.’ Op deze manier draagt de school bij aan SDG 4.7 dat stelt dat alle leerlingen kennis en vaardigheden verwerven die nodig zijn om duurzame ontwikkeling te bevorderen. Tessa: ’Dat is voor ons de kern: we teach the future.’

Geschreven door: Karijn Kats

Beeld van: Grietje Mesman

Tevens geplaatst in het Deventer Nieuws